Overslaan en naar de inhoud gaan
Placeholder
In serie
Nederlands

Toppers van morgen

Sporttalent langs de meetlat
Dr. Marije Elferink-Gemser

‘Dat wordt een toppertje!’ De leken langs de lijn denken het al vroeg te weten. Dit voetballertje of die jonge hockeyster gaan het later helemaal maken. Mooie speculaties. Maar wanneer en hoe kun je echt zien of een jonge sporter tot een echte topspeler kan uitgroeien? En hoe kun je deze talenten het beste trainen en begeleiden?
Bewegingswetenschapper Marije Elferink-Gemser ontwikkelde een set van meetinstrumenten waarmee ze de kwaliteiten van sporters kan beoordelen. Met deze testbatterij hebben coaches een betrouwbaar instrument in handen om echte toppers te onderscheiden van subtoppers. Ze krijgen inzicht in wat talent precies is, hoe je het kunt herkennen en verder kunt ontwikkelen.

Met financiële steun van sportkoepel NOC*NSF onderzocht Elferink-Gemser gedurende vijf jaar getalenteerde jeugdhockeyers, in de leeftijd van 12 tot 18 jaar. Ook voetballers uit de jeugdopleiding van Sc Heerenveen en FC Groningen ondergingen haar testen. De testbatterij bestaat uit diverse onderdelen: van objectieve gegevens als lengte, gewicht en vetpercentage tot de fysieke en mentale kwaliteiten die voor de betreffende sport van belang zijn.

Rond hun veertiende onderscheiden de echte toppers zich van de subtoppers, ontdekte de onderzoekster. Toptalenten weten vanaf die leeftijd een bovengemiddelde motivatie te paren aan een sterk tactisch inzicht en een goede techniek. D- of C-junioren (10-14 jaar) kunnen bepaalde kwaliteiten nog wel compenseren, bijvoorbeeld door er een schepje bovenop te doen. Vanaf hun veertiende werkt dat niet meer en komen de echte toppers bovendrijven.

Het talentonderzoek van Marije Elferink-Gemser zal zich over meerdere jaren uitstrekken. Zij hoopt de jonge sporters tot hun 23ste jaarlijks te kunnen blijven testen.
Veel coaches maken inmiddels gebruik van haar testinstrumenten. Om talent te herkennen en te volgen, maar ook om te bepalen hoe snel een speler herstelt na een langdurige blessure. In de voorbereiding op het WK testte de onderzoekster afgelopen voorjaar nog de spelers van het Nederlandse voetbalteam tot twintig jaar.

Marije Titia Elferink-Gemser (Sneek, 1973) studeerde bewegingswetenschappen aan de RUG. In april promoveerde ze op het proefschrift ‘Today’s talented youth field hockey players, the stars of tomorrow? A study on talent development in field hockey’. Vanaf dit jaar werkt ze als universitair docent bij bewegingswetenschappen aan de RUG.

Jonge Doctors is een lezingenserie van Studium Generale waarin recent gepromoveerde onderzoekers verhalen van het hoe en waarom van hun onderzoek. Over de aanleiding en de aanpak, de resultaten en conclusies, maar ook over de uitdaging en de passie. Eens per maand, op de maandagmiddag, neemt een jonge doctor het woord over een baanbrekend, aansprekend, oorspronkelijk of opvallend proefschrift.

Ook in deze serie

Placeholder
Winnie Gerbens-Leenes
Kritische consument eet duurzaam voedsel
Nederlands

Westerse mensen hebben steeds meer te besteden. Het gevolg is dat ze anders zijn gaan eten en drinken: meer vlees, zuivelproducten, koffie, wijn en bier.

Zie ook

Kenniscafé Groningen
Iris de Groot, Margrite Kalverboer en Peter van der Ende
Nederlands

Hoe is het voor een kind om opgevoed te worden door een ouder met een verstandelijke beperking?